Gedragscode Windenergie geeft Noord-Holland kans op nieuwe energie!
17 september 2014
Gedragscode Windenergie geeft Noord-Holland kans op nieuwe energie!
Al lange tijd pleiten wij er voor om snel over te schakelen op duurzame alternatieve energiebronnen. Windenergie is in dat licht de meest efficiënte en rendabele bron. Vanzelfsprekend staat de Milieufederatie, die opkomt voor natuur en landschap, niet te juichen bij elke plaatsing van een windmolen in onze Noord-Hollandse polder. Al sinds het verschijnen van onze windvisie in 2010, dragen we uit dat er draagvlak bij bewoners dient te zijn voor de plaatsing van molens.
Niemand is tegen de opwekking van duurzame energie. En niemand is vanuit díe optiek tegen windmolens. Maar wél zijn we tegen windmolens als die op de verkeerde plekken staan, overlast veroorzaken of schade berokkenen aan natuur en landschap.
Steeds meer organisaties zijn het met dit standpunt eens. Niet de windmolen, maar de wijze waarop plannen tot stand komen en de procedures; de invloed van belanghebbenden, zoals bewoners en natuur en milieuorganisaties en de verdeling van lusten en lasten leiden tot windturbineopstellingen die mensen ziek maken van overlast of boosheid.
In 2011 heeft de Provincie Noord-Holland de bewoners in bescherming willen nemen door geen windmolen, megawatt, geen mast meer toe te staan. De afgelopen vier jaar hebben we daar de vreemde bijeffecten van gezien. Ik memoreer even het windmolentje op IJburg dat de Pluk van de Pettefletprijs in Noord-Holland won. Een geknutseld windmolentje van 3 meter hoog werd conform het Provinciebeleid verboden. Gelukkig zag men op het Provinciehuis snel in dat deze pieremachochel niet de boosdoener was waartegen de donquichotterie was opgetuigd.
Heel anders werden de verschillende gemeenten in het zuiden van de Provincie geconfronteerd met de nieuwe wind uit Haarlem. Plannen die soms al jaren in voorbereiding waren, maar niet via de crisis en herstelwet waren aangemeld konden opeens geen doorgang meer vinden. De gemeenten Amsterdam, Diemen, Zaandam, Velsen en Haarlemmer maakten bezwaren en namen gerechtelijke stappen. Maar onlangs stelde de bestuursrechter het Provinciale bestuur in het gelijk. Geen molens dus.
Maar niets is zo wisselvallig als het weer of het beleid in Nederland.
Vanuit onverwachte hoek ontstond er een flinke bries die de koers van Provinciale schuit deed wenden. In het regeerakkoord uit 2012 wordt een doelstelling genoemd van 6000 Megawatt windenergie op land. Omdat windenergie nu eenmaal de meest efficiënte en rendabele bron is, zal degene die meters wil maken naar een oplossing met windmolens op land zoeken. De Provincies zagen de bui al hangen en gaven vanuit het Interprovinciaal Overleg (IPO) aan dat zij onderling de opdracht voor het plaatsen van 6000 Megawatt zouden verdelen. Dan geef je de regie niet aan de Hagenezen en blijf jezelf aan het roer staan. Door de andere provincies werd ongeveer 100 megawatt onze richting op geschoven. Dat zijn op een bierviltje berekend ongeveer 20 á 30 flinke molens. Geen megawatt erbij werd een onhoudbaar standpunt.
Binnenkort past de Provincie de structuurvisie aan. Het terughoudende beleid wordt daarmee vastgelegd. In de Wieringermeer is ruimte voor grootschalige windenergie. Op alle andere plekken mag er in principe niets meer bij. Uitzonderingen zijn windmolenparken die op een vlekjeskaart passen en uit lijnopstellingen bestaan van 6 turbines en waarvoor er 12(!) turbines elders zijn verdwenen. Gesaneerd. Twee masten voor één. Ik vraag me af of straks de overlastmolens worden gesaneerd of alleen enkele oude kleine molens die zijn afgeschreven.
Ondertussen is de milieubeweging een andere koers gevaren.
Want overal in Nederland zijn mensen boos. Samen met de windondernemers hebben we geconstateerd dat de procedures zoals die in Nederland zijn opgesteld leiden tot processen met winnaars en verliezers. De projectontwikkelaars en windturbine eigenaars zien daardoor het draagvlak voor windenergie steeds verder afbrokkelen. De maatregelen die door de overheden worden genomen om vaart te maken met windenergie leiden steeds vaker tot knellende regels en zelden tot versnelling van het realiseren van processen. Daar kan alleen verandering in komen als de werkwijze van de sector zelf veranderd.
Met verschillende natuur en milieuorganisaties is er nagedacht over een ‘gedragscode’. Ja, dit is een vrijblijvend akkoord. Maar alle ondernemers die aangesloten zijn bij hun belangenvereniging Nederlandse Wind Energie Associatie (NWEA) hebben aangegeven dat zij achter deze gedragscode staan. En leden die niet naar deze code handelen, kunnen zelfs uit de vereniging worden gezet.
In de gedragscode staat:
- Vóór het vaststellen van het windproject is er met omwonenden en belanghebbenden gesproken over het plan. De omgeving krijgt hiermee invloed op de ruimtelijke opstelling van het plan.
- De bewoners krijgen niet alleen zeggenschap over de planvorming, maar ook over de wijze waarop het proces gaat verlopen om tot een goede opstelling te komen. Er worden afspraken gemaakt over de wijze waarop mensen mee kunnen denken in de planvorming. Daarbij wordt er ook nagedacht over de wijze waarop mensen kunnen bijdragen aan de financiering in de vorm van bijvoorbeeld obligaties.
- Er worden afspraken gemaakt over de opbrengsten van de windmolen. Dat kan zijn het financiële rendement vanwege mee-investeren. Maar ook het afnemen van lokaal opgewekte groene stroom of het oprichten van een fonds waarmee het gebied wordt onderhouden. Over saneren wordt helaas met geen woord gerept. Wat mij betreft had de sector zelf ook iets over de huidige overlast veroorzakers mogen beloven. Die ondermijnen immers het draagvlak voor groei en ontwikkeling van de sector als geheel.
De komende tijd wordt het spannend in Noord-Holland. Het nieuwe windbeleid is vrijgegeven voor inspraak. Maar ook voor de provinciale verkiezingen worden de partijprogramma’s op dit moment ontworpen. Het standpunt rondom windenergie zal bij veel partijen een punt van aandacht zijn. Gaan we het windbeleid straks opnieuw aanpassen? De Milieufederatie hoopt dat de Provincie na 2015 wat meer ruimte overlaat aan initiatieven die voorbeeldig voldoen aan de gedragscode van de sector zelf, in plaats van alleen te vertrouwen op de regels. De selectie van windprojecten die de provincie verrijken moet wat ons betreft gebaseerd zijn op het draagvlak van bewoners en organisaties in het gebied waar de opstelling een impact heeft. De mate van geluk van omwonenden als leidraad voor het wel of niet realiseren van projecten. Met bonuspunten voor het saneren van overlastmolens. Wanneer we op deze wijze iets meer ruimte bieden aan breed gedragen initiatieven, kunnen we zelfs aan de klimaatdoelen voldoen die in het IPO zijn overeengekomen.